منتديات محبى سيناء
الصحراء هي من ذهب اليها ذلك الطفل اليتيم الذي اعطى للحياة معنى وقيمة
الصحراء من حضنت نبي الامة محمد عندما كان في احضان السيددة حليمة السعدية فهنيئا لك ايتها.الصحراء يكفيك فخرا ان رمالك كانت تطبع اثار اقدام خير خلق الله ...... استنشق هواءها النقي .. وهناك راى الكل كيف يشع النور من الوجه البرئ .. وجه اجمل طفل منذ ان خلق الله البرية
الصحراء حب يسكن عروق اهلها ....... وماذا يعرف البعيد عنها من اسرار هذا الحب
يشرفنا ترحيبك ويسرنا انضمامك لنا,,,,,,,
فضلا وليس أمراً اضغط دخول إذا كنت مسجل أو اضغط تسجيل إذا كنت غير مسجل ,,اما اذا كنت تريد التصفح فاضغط إخفاء ......

منتديات محبى سيناء
الصحراء هي من ذهب اليها ذلك الطفل اليتيم الذي اعطى للحياة معنى وقيمة
الصحراء من حضنت نبي الامة محمد عندما كان في احضان السيددة حليمة السعدية فهنيئا لك ايتها.الصحراء يكفيك فخرا ان رمالك كانت تطبع اثار اقدام خير خلق الله ...... استنشق هواءها النقي .. وهناك راى الكل كيف يشع النور من الوجه البرئ .. وجه اجمل طفل منذ ان خلق الله البرية
الصحراء حب يسكن عروق اهلها ....... وماذا يعرف البعيد عنها من اسرار هذا الحب
يشرفنا ترحيبك ويسرنا انضمامك لنا,,,,,,,
فضلا وليس أمراً اضغط دخول إذا كنت مسجل أو اضغط تسجيل إذا كنت غير مسجل ,,اما اذا كنت تريد التصفح فاضغط إخفاء ......

منتديات محبى سيناء
هل تريد التفاعل مع هذه المساهمة؟ كل ما عليك هو إنشاء حساب جديد ببضع خطوات أو تسجيل الدخول للمتابعة.

منتديات محبى سيناء


 
الرئيسيةأحدث الصورالتسجيلدخول
حتى نتسم عبير الحريه***حتى لا يصبح الوطن فى مهب الريح***حتى لا ندع قراراتنا فى يد من باعو الوطن وسرقوا مقدراته حتى لا تكون سلبيا شارك فى الانتخابات وأدلى بصوتك لمن يستحق
إداره منتديات محبى سيناء ترحب بكل زوارها الكرام وتتمنى ان ينال الموقع اعجابهم وكل عام وانتم بخير............
تشكر إداره المنتدى الأخ الغالى محمد جعفر على مجهوداته المتواصله فى سبيل الرقى بمنتدانا
يسر إداره منتديات محبى سيناء اعلان العضوه غزل نائب مدير الموقع ولها كافه الصلاحيات مع تمنياتناً بالمزيد من التقدم والتواصل البناء الهادف..........

 

 "Allah weet beter waar Hij Zijn boodschap brengt". [Alan'aam: 123].

اذهب الى الأسفل 
كاتب الموضوعرسالة
LOVERS SINAI
المدير العام
المدير العام
LOVERS SINAI


عدد المساهمات : 2417
نقاط : 179782
تاريخ التسجيل : 09/08/2010
الموقع : أم الدنيا

"Allah weet beter waar Hij Zijn boodschap brengt". [Alan'aam: 123].  Empty
مُساهمةموضوع: "Allah weet beter waar Hij Zijn boodschap brengt". [Alan'aam: 123].    "Allah weet beter waar Hij Zijn boodschap brengt". [Alan'aam: 123].  I_icon_minitimeالأحد سبتمبر 12, 2010 2:41 pm

Zij zaaiden daarna nog meer twijfel en zeiden: "Wie de gezant is van een koning op deze aarde dan zorgt zijn koning voor een respectabel leven voor hem met bedienden, vermogen, status enz. zodat hij zich kan verplaatsen in een stoet met lijfwachten en vooraanstaanden, terwijl Mohammed met moeite zijn brood op de markten verdient en ook nog beweert dat hij een profeet is?
".

{لولا أنزل عليه ملك فيكون معه نذيرا * أو يلقى إليه كنز أو تكون له جنة يأكل منها وقال الظالمون إن تتبعون إلا رجلا مسحورا}

"Waarom is hem geen engel gezonden, zodat hij met hem een waarschuwer is? * Of is hem soms geen schat geschonken of heeft hij dan geen tuin, waaruit hij kan eten? En de onrechtvaardigen zeiden: "Jullie volgen slechts een bezeten man". [Alfoerqan: 7,8].

Duidelijk is dat de profeet, Allah's zegen en vrede zij met hem,naar alle mensen gezonden is; jong en oud, zwak en sterk, vooraanstaand en minderbedeeld. Hij is gezonden naar zowel slaven als vrije mensen. Als de profeet, Allah's zegen en vrede zij met hem, zich niet mocht mengen onder de gewone mensen, die zwak en minderbedeeld waren, zoals de ongelovigen van mening waren, dan had het doel van zijn gezantschap niet gerealiseerd kunnen worden.
De ongelovigen werd meegedeeld dat het feit dat hij een profeet was op zichzelf voldoende bewijs was.

Wat zij van hem verwachtten was ook tegenstrijdig met zijn missie; het overbrengen van de boodschap aan alle mensen.

Nadat hun twijfels gedeeltelijk weggenomen waren, gingen zij een stap verder en vroegen de profeet, Allah's zegen en vrede zij met hem, om wonderen te verrichten omdat de ongelovigen immers koppig en weerbarstig waren. Er vond een discussie plaats tussen hen en de profeet, Allah's zegen en vrede zij met hem, waar we later op terug zullen komen.

Het monotheïsme (het geloven in één God) was de kern van onenigheid. De afgodendienaars geloofden in principe wel dat Allah, de Verhevene, de enige God is en dat Hij geen metgezellen heeft in Zijn Godheid, in Zijn eigenschappen of in Zijn daden.
Zij erkenden ook dat Allah, de Verhevene, de Schepper is van de aarde en de hemelen en wat zich ertussen bevindt, dat Hij de Schepper van alles is, de heerschappij heeft over de hemelen en de aarde en het universum, dat Hij in de levensbehoeften voorziet van de mensen, dieren en alle levende schepselen. Hij regelt het bestuur van de hemel naar de aarde en heerst over alles, zelfs over een mier of een mosterdzaadje. Hij is de Heer van de hemelen, de aarde en wat er zich tussenin bevindt en de Geweldige Troon. Hij, de Verhevene, heeft de zon, de maan, de sterren, de bergen, de bomen, de dieren, de djinn, de mens en de engelen dienstbaar gemaakt aan zich zelf, zij zijn allen onderdanig aan Hem. Hij beschermt wie Hij wil en Hij wordt niet beschermd. Hij schenkt leven en laat sterven. Hij doet wat Hij wil en Hij oordeelt over wie Hij wil,
niemand kan Zijn oordeel in twijfel trekken of Zijn voorbeschikking afwenden.

Het monotheïsme (het geloven in één God) was de kern van onenigheid. De afgodendienaars geloofden in principe wel dat Allah, de Verhevene, de enige God is en dat Hij geen metgezellen heeft in Zijn Godheid, in Zijn eigenschappen of in Zijn daden. Zij erkenden ook dat Allah, de Verhevene, de Schepper is van de aarde en de hemelen en wat zich ertussen bevindt, dat Hij de Schepper van alles is, de heerschappij heeft over de hemelen en de aarde en het universum, dat Hij in de levensbehoeften voorziet van de mensen, dieren en alle levende schepselen. Hij regelt het bestuur van de hemel naar de aarde en heerst over alles, zelfs over een mier of een mosterdzaadje. Hij is de Heer van de hemelen, de aarde en wat er zich tussenin bevindt en de Geweldige Troon.
Hij, de Verhevene, heeft de zon, de maan, de sterren, de bergen, de bomen, de dieren, de djinn, de mens en de engelen dienstbaar gemaakt aan zich zelf, zij zijn allen onderdanig aan Hem. Hij beschermt wie Hij wil en Hij wordt niet beschermd. Hij schenkt leven en laat sterven. Hij doet wat Hij wil en Hij oordeelt over wie Hij wil, niemand kan Zijn oordeel in twijfel trekken of Zijn voorbeschikking afwenden.

De ongelovigen erkenden dus duidelijk dat Allah, de Verhevene, de Enige is in Zijn Godheid, in Zijn eigenschappen en in Zijn daden. Desondanks zeiden ze: 'Allah, de Verhevene, heeft aan sommige onder Zijn dienaren, die zich in Zijn nabijheid bevinden, zoals profeten en deugdzame mensen, bepaalde taken overgedragen die te maken hebben met het besturen van het heelal.
Zij handelen dan ook met Zijn instemming bij bijvoorbeeld: het krijgen van kinderen, het afwenden van onheilen, het verwezenlijken van behoeften en bij de genezing van zieken. Zij geloofden dat Allah dit aan de genoemde personen overdroeg omdat zij zich in Zijn nabijheid bevonden en omdat zij een hoge positie bij Hem hadden bereikt. Zij konden dan ook sommige dienaren van Allah voorzien van bepaalde behoeften, omdat Allah, de Verhevene, hen toestemming hiervoor gaf en vrij liet in hun keus. Deze dienaren van Allah zouden het onheil van de ongelovigen kunnen afwenden en hen dichter bij Allah brengen, als zij dat wensten.

De afgodendienaars beweerden dat zij deze profeten en deugdzame mensen als intermediairs beschouwden tussen hen en Allah, de Verhevene. Zij hebben bepaalde rituelen ontwikkeld om de nabijheid van deze deugdzame personen te verkrijgen.
Zij verrichtten deze rituelen zodat deze 'heiligen' hen in hun levensbehoeften zouden voorzien, riepen hun hulp bij onheilen en zochten toevlucht tot hen bij angst.

De wijze waarop de ongelovigen hun 'heiligen' eerden, gebeurde onder andere door het bouwen van tempels waarin zij afgodsbeelden plaatsten.

Deze beelden beeldhouwden ze zelf naar het voorbeeld van reeds Het monotheïsme (het geloven in één God) was de kern van onenigheid. De afgodendienaars geloofden in principe wel dat Allah, de Verhevene, de enige God is en dat Hij geen metgezellen heeft in Zijn Godheid, in Zijn eigenschappen of in Zijn daden. Zij erkenden ook dat Allah, de Verhevene, de Schepper is van de aarde en de hemelen en wat zich ertussen bevindt, dat Hij de Schepper van

alles is, de heerschappij heeft over de hemelen en de aarde en het universum,
dat Hij in de levensbehoeften voorziet van de mensen, dieren en alle levende schepselen. Hij regelt het bestuur van de hemel naar de aarde en heerst over alles, zelfs over een mier of een mosterdzaadje. Hij is de Heer van de hemelen, de aarde en wat er zich tussenin bevindt en de Geweldige Troon. Hij, de Verhevene, heeft de zon, de maan, de sterren, de bergen, de bomen, de dieren, de djinn, de mens en de engelen dienstbaar gemaakt aan zich zelf, zij zijn allen onderdanig aan Hem. Hij beschermt wie Hij wil en Hij wordt niet beschermd. Hij schenkt leven en laat sterven. Hij doet wat Hij wil en Hij oordeelt over wie Hij wil, niemand kan Zijn oordeel in twijfel trekken of Zijn voorbeschikking afwenden.

De ongelovigen erkenden dus duidelijk dat Allah, de Verhevene, de Enige is in Zijn Godheid,


in Zijn eigenschappen en in Zijn daden. Desondanks zeiden ze: 'Allah, de Verhevene, heeft aan sommige onder Zijn dienaren, die zich in Zijn nabijheid bevinden, zoals profeten en deugdzame mensen, bepaalde taken overgedragen die te maken hebben met het besturen van het heelal. Zij handelen dan ook met Zijn instemming bij bijvoorbeeld: het krijgen van kinderen, het afwenden van onheilen, het verwezenlijken van behoeften en bij de genezing van zieken. Zij geloofden dat Allah dit aan de genoemde personen overdroeg omdat zij zich in Zijn nabijheid bevonden en omdat zij een hoge positie bij Hem hadden bereikt. Zij konden dan ook sommige dienaren van Allah voorzien van bepaalde behoeften, omdat Allah, de Verhevene, hen toestemming hiervoor gaf en vrij liet in hun keus. Deze dienaren van Allah zouden het onheil van de ongelovigen kunnen afwenden en hen dichter bij Allah brengen,
als zij dat wensten.

De afgodendienaars beweerden dat zij deze profeten en deugdzame mensen als intermediairs beschouwden tussen hen en Allah, de Verhevene. Zij hebben bepaalde rituelen ontwikkeld om de nabijheid van deze deugdzame personen te verkrijgen. Zij verrichtten deze rituelen zodat deze 'heiligen' hen in hun

levensbehoeften zouden voorzien, riepen hun hulp bij onheilen en zochten toevlucht tot hen bij angst. De wijze waarop de ongelovigen hun 'heiligen' eerden, gebeurde onder andere door het bouwen van tempels waarin zij afgodsbeelden plaatsten.

Deze beelden beeldhouwden ze zelf naar het voorbeeld van reeds bestaande beelden die voortkwamen uit hun eigen fantasieën. Ook zouden zij graven van sommigen onder de voorgenoemde personen hebben gevonden waar zij tempels op bouwden,
maar zij plaatsten in deze tempels geen beeldjes. Zij bezochten deze afgodsbeelden en graven voor het verkrijgen van zegeningen.

De ongelovigen liepen rondom deze tempels die op de graven waren gebouwd; zij achtten hun overleden 'heiligen' verheven en majesteitelijk. Zij schonken deze 'heiligen' offers om hen gunstig te stemmen. Zij offerden van alles wat Allah hen had gegeven zoals hun oogst, voedsel, drank, dieren, goud, zilver en al hun andere bezittingen en rijkdommen.

De oogst, het voedsel, het goud en het zilver offerden zij aan deze beelden of graven via toezichthouders die zich naast deze plekken hadden gevestigd. De offers werden grotendeels via deze toezichthouders gebracht.

De dieren werden echter op een andere manier geofferd dan de rest van de offers. Ze werden in de naam van de 'heiligen' heilig verklaard om de nabijheid van deze 'heiligen' te verkrijgen en om ze tevreden te stellen.
Deze dieren werden dan ook gerespecteerd en goed behandeld. Zij lieten de dieren vrij in het weiland en soms werden ze geslacht op de graven van de heiligen of op andere plaatsen. Zij slachtten de dieren in naam van afgodsbeelden in plaats van in naam van Allah, de Verhevene.

Naast de verering vonden er ook herdenkingen plaats voor de 'heiligen'. Deze werden één en soms twee keer per jaar herdacht. De ongelovigen kwamen uit verschillende streken, zij gingen naar de graven van hun heiligen. Hier kwamen zij bijeen om feest te vieren gedurende een paar dagen. Ze verrichtten tijdens zo'n herdenking allerlei handelingen, zoals het aanraken van de beelden en graven zodat ze gezegend zouden worden. Zij liepen om de tempels en brachten offers en dergelijke.
De bezoekers kwamen naar zo'n herdenking van heinde en ver. Vooraanstaande mensen maar ook de minderbedeelden waren aanwezig; iedereen deed zijn wensen en bracht zijn offers.

De afgodendienaars verrichtten al deze rituelen om hun 'heiligen' tevreden te stellen. Zij hoopten dat de 'heiligen' als bemiddelaars zouden fungeren tussen hen en Allah. Zij richtten hun smeekbeden tot Allah via deze 'heiligen'. Zij geloofden dat de 'heiligen' hen dichter bij Allah zouden brengen om hiermee voorspraak te verkrijgen. De ongelovigen riepen hun 'heiligen' aan zodat deze hen zouden voorzien in hun levensbehoeften en zodat ze het onheil van ze konden afwenden. Zij dachten dat de 'heiligen' naar ze luisterden en hun wensen konden vervullen, of dat Allah dat voor ze kon doen.

Uit dit soort rituelen en handelingen bestonden hun afgoderij-praktijken.
Zij aanbaden iets anders dan Allah en beschouwden deze 'heiligen' als goden.

Nadat de profeet, Allah's zegen en vrede zij met hem, zijn boodschap had verkondigd waarin hij de mensen vertelde Allah te aanbidden en alles verafschuwde dat naast Allah aanbeden werd, waren de afgodendienaars verbitterd. Zij vonden dit kwetsend en zij keerden zich af van zijn boodschap. Zij benadrukten dat het een komplot was waar iets anders mee werd bedoeld dan wat er gezegd werd:{أجعل الآلهة إلها واحدا إن هذا لشيء عجاب * وانطلق الملأ منهم أن امشوا واصبروا على آلهتكم إن هذا لشيء يراد * ما سمعنا بهذا في الملة الآخرة إن هذا إلا اختلاق}

,,Heeft hij de goden tot één God gemaakt? Voorwaar, dit is zeker een verbazingwekkend iets * en de vooraanstaanden onder hen gingen weg (zeggend:)"Ga door en wees geduldig met (de aanbidding van) jullie goden. Voorwaar, dat (van Mohammed) is zeker iets dat (tegen jullie) bedoeld is * en wij hebben hierover niets gehoord in de laatste godsdienst. Dit is niets dan een verzinsel"." [Saad: 5, 6, 7].


Nadat de verkondiging van de boodschap vooruitgang had geboekt besloten de afgodendienaars hun standpunt te verdedigen om vervolgens een discussie aan te gaan met de moslims en daarmee een einde te maken aan het aanbidden van Allah en aan de invloed die de verkondiging van de boodschap had.

De ongelovigen kregen te maken met verschillende argumentaties. Zo is hen gevraagd waar zij het vandaan hadden gehaald dat Allah, de Verhevene, het besturen van de heelal over heeft gedragen aan Zijn dienaren die zich in Zijn nabijheid bevonden en dat deze dienaren in staat waren om andere mensen in hun levensbehoeften te voorzien en het onheil van ze af te wenden.

"Zijn jullie soms op de hoogte gesteld van het verborgene? Of hebben jullie dat gevonden in een boek uit het erfgoed dat jullie van de profeten of geleerden hebben gekregen?
llah, de Verhevene, heeft in dit verband gezegd:{أم عندهم الغيب فهم يكتبون}

"Of is bij hen (kennis) van het onwaarneembare, zodat zij het kunnen opschrijven" [At-toer: 41, Alqalam: 4].

Hij zei ook:{ائتوني بكتاب من قبل هذا أو أثارة من علم إن كنتم صادقين}

"Brengt mij een boek van vr deze (Koran), of een overblijfsel van kennis, als jullie waarachtigen zijn" [Alahqaaf: en: {قل هل عندكم من علم فتخرجوه لنا إن تتبعون إلا الظن وإن أنتم إلا تخرصون}

"Zeg: "Hebben jullie kennis? Brengt het dan naar buiten voor Ons.Jullie volgen slechts vermoedens en jullie liegen slechts"." [Alan'aam: 148].

Het was vanzelfsprekend dat de afgodendienaars zouden toegeven dat zij niet op de hoogte waren van het verborgene en dat zij dat niet hebben gevonden in een boek die zij eventueel van een profeet of een geleerde hadden gekregen.
Zij antwoordden:{بل نتبع ما وجدنا عليه آباءنا}

"Nee, wij volgen dat wat wij bij onze vaderen aantroffen" [Luqmaan: 21].

Ook hebben zij gezegd:{إنا وجدنا آباءنا على أمة وإنا على آثارهم مهتدون}

"Voorwaar, Wij troffen onze voorvaderen aan in een godsdienst.En voorwaar, wij volgen hun geloof" [Az-zukhruf: 22].

Met zo'n antwoord kwam hun hulpeloosheid en onwetendheid naar voren Toen is er tegen hen gezegd: "Allah, de Verhevene, weet terwijl jullie niet weten, luister daarom naar wat Hij vertelt over de geloofwaardigheid van jullie metgezellen". Allah, de Verhevene, zegt: "Voorwaar, degenen die jullie buiten Allah aanroepen zijn schepselen zoals jullie zelf" [Ala'raf: 194], hetgeen betekent dat zij niet in staat zijn iets te verrichten wat alleen Allah kan, zoals jullie dat ook niet kunnen.
'Jullie zijn in dat opzicht allemaal hulpeloos en machteloos'. Allah, de Verhevene, daagde hen uit:{فادعوهم فليستجيبوا لكم إن كنتم صادقين}

"Roept hen dan aan en laten zij jullie dan verhoren, als jullie waarachtigen zijn" [Ala'raf: 194].

Hij, de Verhevene, heeft ook gezegd:"En degenen die jullie naast Hem aanroepen, hebben over een dadelvliesje nog geen macht". Dit houdt dus in dat ze zelfs over iets met een dergelijk omvang zoals het dunne vliesje dat een pit bedekt geen mach hebben {إن تدعوهم لايسمعوا دعاءكم ولو سمعوا ماستجابوا لكم ويوم القيامة يكفرون بشرككم ولا ينبئك مثل خبير}

"Als jullie hen aanroepen, dan horen zij jullie aanroep niet, en als zij zouden horen, dan zouden zij jullie (smeekbede) voor jullie niet verhoren. En op de Dag der Opstanding zullen zij het verwerpen dat jullie deelgenoten naast Allah maakten. En niemand brengt jou op de hoogte zoals de Alwetende" [Fatir: 13.14].
Allah, de Verhevene, heeft ook gezegd:{والذين يدعون من دون الله لا يخلقون شيئا وهم يخلقون * أموات غير أحياء وما يشعرون أيان يبعثون}

"En degenen die zij naast Allah aanroepen scheppen niets, maar zij zijn (zelf) geschapen. * Doden zijn zij zonder te leven. En zij weten niet wanneer zij worden opgewekt" [An-nahl: 20, 21].

en:{أيشركون مالا يخلق شيئا وهم يخلقون * ولا يستطيعون لهم نصرا ولا أنفسهم ينصرون}

"Maken zij (beelden tot) deelgenoten die niets (kunnen) scheppen en die (zelf) geschapen zijn? * En die hen niet kunnen helpen en die zichzelf niet (kunnen) helpen?" [Ala'raf: 191, 192].

{واتخذوا من دونه آلهة لا يخبقون شيئا وهم يخلقون ولا يملكون لأنفسهم ضرا ولا نفعا ولا يملكون موتا ولا حياة ولا نشورا}

"Toch namen zij naast Hem goden die niets schiepen en die niet bij machte zijn zelf kwaad (af te wenden) en goed (te doen) en geen macht hebben over leven en niet over de dood en over het opwekken" [Alfurqan: 3].
Omdat deze goden zelf machteloos waren en niets van wat de afgoden-dienaars beweerden konden verwezenlijken had het aanroepen of smeken van hen geen enkele zin. Hiervoor werden prachtige voorbeelden gegeven waaronder:

{والذين يدعون من دونه لا يستجيبون لهم بشيء إلا كباسط كفيه إلى الماء ليبلغ فاه وما هو ببالغه وما دعاء الكافرين إلا في ضلال}

'...en degenen die zij naast Hem aanbidden verhoren hen in niets, behalve zoals bij degene zijn beide handen uitstrekt naar water om het naar zijn mond te brengen, maar het bereikt zijn mond niet. En de smeekbeden van de ongelovigen zijn nutteloos' [Ar-ra'd: 14].

De afgodendienaars wilden een poosje nadenken, want zij geloofden wel dat Allah, de Verhevene, de Schepper is van alles en dat hun goden daar niet toe in staat waren; integendeel: hun 'heiligen' waren zelf schepsels van Allah. Er werd hen gevraagd hoe zij deze machteloze schepsels gelijk hebben kunnen stellen aan Allah,
de Schepper, de Almachtige, zodat zij beiden gingen aanbidden en aanroepen: "Jullie aanbidden Allah maar ook deze goden, smeken Allah en deze goden"

{أفمن يخلق كمن لا يخلق أفلا تذكرون}

"Is Degene Die schept dan gelijk aan degene die niet schept? Zullen jullie je niet laten vermanen?" [An-nahl: 17].

Zij reageerden verbaasd toen hen deze vraag gesteld werd en ze konden hun standpunt niet meer beargumenteren. Zij werden stil, hadden wroeging maar hielden zich toch vast aan hun verkeerde standpunt en zeiden: "Onze voorouders behoorden tot de verstandigste mensen. Mensen uit verschillende regio's erkenden dat en zij waren allen volgelingen van deze religie. Hoe kan dan dat deze religie een dwaling en een verkeerde weg zijn?" Vooral omdat de voorouders van de profeet,
الرجوع الى أعلى الصفحة اذهب الى الأسفل
https://saadhamdy.yoo7.com
 
"Allah weet beter waar Hij Zijn boodschap brengt". [Alan'aam: 123].
الرجوع الى أعلى الصفحة 
صفحة 1 من اصل 1
 مواضيع مماثلة
-
» Zijn stam:
» Aankondiging van de boodschap:
» Verschillende manieren om deze boodschap tegen te houden.
» La Casa di Allah
» La généalogie du Prophète (Paix et bénédiction d’Allah sur lui)

صلاحيات هذا المنتدى:لاتستطيع الرد على المواضيع في هذا المنتدى
منتديات محبى سيناء :: this is Mohamad :: Nederlands-
انتقل الى: